
Istrië is voor vele Nederlanders de eerste kennismaking met Kroatië. Ze hebben dan lang genoeg gereden, zien de zee en de vakantie kan beginnen. Sowieso is hier voor toeristen de meeste ruimte. In tegenstelling tot de rest van het land zijn hier hele grote campings en zeer ruim opgezette hotels.
Dit schiereiland ligt in het noordwesten van het land aan de Adriatische Zee en grenst aan Slovenië. Maar net een paar kilometer verderop ligt de grens met Italië. Door de eeuwen heen hebben vele overheersers hun stempel gedrukt op het gebied. De Oude Grieken, de Romeinen, de Venetiërs, het Groot Habsburgse Rijk en de Republiek Joegoslavië hebben allen hun invloed gehad op het gebied.
Wellicht de nog altijd meest zichtbare overheersing is die van de Romeinen geweest. Zo heeft menig kuststadje een prachtig oude Romeinse kern en is in de stad Pula het grootste nog intact gebleven amfitheater te bewonderen, na het Colosseum in Rome.
Istrië kent een gematigd subtropisch klimaat met regelmatige neerslag gedurende het hele jaar. Door dit klimaat groeien er totaal andere druiven dan in de andere wijngebieden van het land.
De belangrijkste druif voor de witte wijnen is de Istarska Malvazija. Deze druif is een afstammeling van de Malvasia-druiven die je overal in de mediterrane regio tegenkomt, onder namen als Malvasia, Malvazia en Malmsey. De naam ‘Malvasia’ is afgeleid van de Griekse stad Monemvasia in de Peloponnesos. Uit DNA-analyse is vastgesteld dat de Istrische Malvazija verschilt van de andere talrijke Malvasia-variëteiten en dus als een authentieke Istrische variëteit kan worden beschouwd.
Van deze druif wordt zowel jonge, frisse wijn als volle, aromatische amforawijn geproduceerd. De lichte, frisse varianten combineren goed met visgerechten en gerechten vol umami-smaken. Bij de stevige amfora-wijnen hoef je het bijna niet meer over pairings te hebben: de wijn ís het gerecht.
Voor rode wijn is zonder twijfel Teran de belangrijkste druif in de regio. Dit is een druif uit de familie van de Refosco’s. Al eeuwenlang wordt hij verbouwd in Kroatië, Slovenië en Italië, waar de druif bekendstaat onder namen als Terrano, Refosco en in Kroatië als Teran. In al die landen wordt hij als autochtoon beschouwd.
De druif levert krachtige rode wijnen op, vaak met een stevige structuur en frisse zuren. Vooral in combinatie met lokale gerechten staat Teran bekend om zijn gastronomische kwaliteiten.
Een derde belangrijke druif is de Muškat Momjanski. Dit is een zeer aromatisch wit ras dat uitsluitend groeit rondom het dorp Momjan en nergens anders ter wereld voorkomt. Van deze druif wordt zowel (half)zoete als droge witte wijn gemaakt. De geurige wijnen zijn uitbundig, bloemig en vaak verrassend verfijnd.